Door een hoofdkantoor gemaakte loonkosten die geheel of gedeeltelijk toegerekend worden aan een in een ander land gevestigde branch kunnen invloed hebben op de internationale belastingpositie van werknemers. Dit kan nu ook gevolgen hebben voor de BTW. Op grond van EU jurisprudentie is sinds 17 september 2014 deze allocatie aan BTW onderworpen, wanneer de branch deel uitmaakt van een BTW fiscale eenheid. In de lidstaat waar de branch is gevestigd is op deze allocatie de ‘reverse charge’ van toepassing. EU jurisprudentie heeft terugwerkende kracht, zodat BTW verschuldigd is over uitgaven die in het verleden zijn gealloceerd. Het is niet zeker of BTW verschuldigd is als het hoofdkantoor deel uitmaakt van zo’n BTW fiscale eenheid in plaats van de branch. Wij adviseren ondernemingen hun BTW-positie te analyseren, in het bijzonder de allocatie van loon- en andere kosten tussen het hoofdkantoor en de branch alsook de binnen de groep bestaande BTW fiscale eenheden.