In 2020 werd het mogelijk om de 30%-regeling aan te vragen vanaf de eerste dag van tewerkstelling in plaats van per de eerste dag van de maand. Gevolg hiervan is dat de looptijd van de 30%-regeling nu ook gedurende de maand kan eindigen. Recent heeft de Kennisgroep Internationaal Belastingrecht IB-niet winst/LB/PH aanslag een standpunt ingenomen ten aanzien van de toepassing van de 30%-regeling in de loonadministratie wanneer de looptijd van de 30%-regeling gedurende de maand eindigt. Dit standpunt is in het kort als volgt samen te vatten: 

  1. Eindigt de 30%-regeling vóór de betaaldatum van het loon, dan kan de 30%-regeling die maand niet worden toegepast, omdat het fiscale genietingsmoment van het loon ná het einde van de looptijd ligt. 
  2. Eindigt de 30%-regeling ná de betaaldatum van het loon, dan kan de 30%-regeling die maand alleen worden toegepast op het loon dat ziet op de werkdagen gedurende de looptijd van de 30%-regeling. De 30%-regeling kan niet worden toegepast op het loon dat ziet op de werkdagen na het einde van de looptijd van de 30%-regeling. Het loon moet derhalve worden gesplitst.

Het standpunt dat de 30%-regeling niet meer kan worden toegepast op loon dat na de looptijd wordt genoten, is al langer bekend. Echter, het standpunt dat de 30%-regeling op pro rata wijze toegepast dient te worden wanneer de looptijd eindigt tussen de laatste dag van de maand (of loontijdvak) en het fiscale genietingstijdstip van het loon in die maand is nieuw. Het leidt ertoe dat de salarisverwerking van werknemers met de 30%-regeling in toenemende mate complexer wordt. U leest hier meer erover, evenals de bijzonderheden die kunnen gelden ten aanzien van de toepasselijke werkdagenbreuk.